De Adriatische Zee dankt haar naam aan Adria, een stadje dat vroeger een haven was aan de Italiaanse kust, en nu 38 km landinwaarts ligt. Dit is het gevolg van verschillende geologische krachten die ervoor zorgen dat de noordelijke kusten constant blijven stijgen en de zuidelijke kusten constant blijven dalen.
De Adriatische Zee is het gebied tussen de Balkan en de Apennijnse schiereilanden. De oostzijde, die zich uitstrekt van Prevlaka in het zuiden tot Savudrija in het noorden behoord aan Kroatië. Het is een uniek gebied voor zowel varen met een jacht als vakanties onder water.
De zee is het minst diep in Istrië, waar de zee hooguit 50 meter diep is. Vanaf Pula, daalt de zeebodem een beetje, waardoor er een lange en smalle vallei wordt gecreërd die loopt van het eiland Žirje tot aan Italië. Dit heet de Jabučka kotlina. De maximale diepte is hier 240 meter.
Vanaf hier stijgt de zeebodem richting Palagruža Rif, waardoor het maximum daalt tot een diepte van 130 meter. Hierna daalt de zeebodem steil naar beneden in de richting van de Zuid Adriatische Vallei, waar de hoogst gemeten diept 1300 meter is.
Relatief gezien hebben de getijden een lage amplitude de Adriatische Zee. In het zuidelijke is het amplitude zelden 40 cm, en in Istrië en de Golf van Triëst stijgt het tot ongeveer 1 meter. In nauwe kanalen en baaien kan het hoge tij best wel hoog worden tijdens een sterke ZW-wind. Dit fenomeen is typisch voor grote en diepe baaien in het zuiden van de Adriatische Zee. Het getij verandert om de twaalf uren tijens volle en nieuwe maan, on dagelijks tijdens het eerste en laatste kwartier. Hun amplitude is erg onregelmatig.
Zeestromen worden beïnvloedt door wind, veranderingen in de luchtdruk, de temperatur een het zoutgehalte van de zee. Ze kunnen zowel verticaal als horizontaal zijn. Er zijn ook zeestromen die opstijgen vanaf de zeebodem.
Zeestromen zijn moeilijk waar te nemen in de Adriatische Zee. Hun snelheid verandert afhankelijk van het gebied en het seizoen. De gemiddelde snelheid is ongeveer 0,5 knopen, maar kan soms snelheden bereiken van wel 4 knopen.
Het gemiddelde zoutgehalte in de Adriatische Zee is 38,3‰. De zuidelijke wateren zijn wat zouter als gevolg van de invloed van de rivier de Po.
Gemiddelde jaarlijkse temperatuur: 11°C.
De zee is het koudst in de winter, en de temperatuur op het oppervlak is ongeveer 7°C (het komt daar zelden onder).
In de lente stijgt de temperatuur tot 18°C.
In de zomer stijgt de temperatuur tot 22-25°C, en in de Adriatische Zee en Istrië zelfs tot 27°C.
De golven van de Adriatische Zee bereiken meestal een hoogte van 0,5 tot 1,5 meter. Zelden worden ze hoger dan 5 meter.
Alhoewel ze niet hoog zijn, kunnen golven in de Adriatische Zee erg onplezierig zijn, zelfs gevaarlijk, voor kleinere boten. De zuidelijke wind zorgt voor hogere golven dan de noordelijke, maar dat betekent niet dat ze gevaarlijker zijn.
De hoogtste golf ooit gemeten werd veroorzaakt door Jugo en was 10,8 meter, en die van Bora 7,2 meter..